VISIETEKST

Homaar – Groeiplek voor jongeren

1. ONTSTAAN VAN DE GROEIPLEKKEN

De opstart van onze vzw Homaar kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Het verhaal begon in 2015 aan een keukentafel waarrond we met enkele collega’s uit de kinder- en jeugdpsychiatrie zaten, luidop dromend van een nieuw project. We zagen dat jongeren niet altijd het gepaste aanbod kregen binnen de bestaande hulpverlening en wilden iets écht op hun maat.

Want wat met het hiaat tussen ambulante therapie en de vaak langdurige residentiële opnames in de psychiatrie? We merkten op dat er geen soepele overgang is tussen de rechtstreeks toegankelijke en meer gespecialiseerde hulp.

Vanuit onze eigen ervaring, maar ook vanuit onderzoeksresultaten komen een aantal elementen telkens terug. Zo is een belangrijk thema van de adolescentie, de zoektocht naar eigen identiteit en autonomie. We mogen de impact van een vaak stigmatiserende opname hierbij niet onderschatten. Een kortdurende begeleiding geeft minder risico op een afhankelijkheidspositie.

De stap naar professionele hulpverlening is trouwens sowieso al niet evident voor jongeren. Als die dan toch gezet wordt, dan botsen ze op de realiteit van maandenlange wachtlijsten.

Verder waren laagdrempeligheid en preventie woorden die vaak terugkeerden in onze gesprekken. Het moest gaan om een aangepast aanbod, vertrekkend vanuit het individu. We observeerden dat de zogenaamde ‘scharnierleeftijdsfase’ een specifieke aanpak vraagt waar toen geen sluitend antwoord op kwam in de geestelijke gezondheidszorg. Creatieve media en aantrekkelijke activiteiten die aansluiten bij hun leefwereld nodigen jongeren uit om aan de slag te gaan. Gelukkig is er ondertussen al meer aandacht voor de overgang in de zorg rond de leeftijd van 18 jaar. We worden uiteraard niet gewoon ‘volwassen’ bij dit getal, maar het is een periode van transitie die extra zorg vraagt.

We vonden onder andere inspiratie bij Françoise Dolto en het boekje ‘Paroles pour adolescents ou le complexe du homard’. Dolto sprak over het ‘kreeftencomplex’. Ze gebruikte de metafoor van de kreeft toen ze het over de adolescentiefase had. De kreeft groeit en na een tijd wordt zijn pantser te klein. Hij werpt het af, maar is dan even naakt en heel kwetsbaar, tot hij zich zijn grotere, meer passende schaal aanmeet. Die tussentijd kan ongemak of angst uitlokken, maar er is ook zoveel veerkracht! Zo kwam de verbastering van het Franse woord homard in de naam van onze vzw terecht, eerst nog als ‘Villa Omaar’. In het dagelijkse spreken lieten we de ‘villa’ vallen en hadden we het over ‘Homaar’. De jongeren maakten zelf een associatie: ho maar, even de tijd nemen om op adem te komen en dan verder te gaan. 

Los van Homaar, ontstond in 2019 in Antwerpen, Boechout, een parallel verhaal bij enkele enthousiastelingen die eveneens een achtergrond hebben in de kinder- en jeugdpsychiatrie. Een verhaal dat later de naam “Vonk vzw” zou krijgen. Verwijzend naar het samen met jongeren op zoek gaan naar die vonk, die goesting die richting geeft en hen drijft om eigen keuzes te maken. Een terug op zoek gaan naar dat wat hun kracht is, naar wat ondergesneeuwd is geraakt onder de vele ‘moetens, verwachtingen en zogenaamde standaarden’ waar jongeren mee geconfronteerd worden binnen de verschillende contexten waarin ze zich bewegen.

Gelijkaardige bevindingen en onbeantwoorde noden van jongeren werden vastgesteld. Alsook een verlangen om meer vanuit gelijkwaardigheid en authenticiteit met jongeren en hun gezinnen, aan de slag te gaan. Wat zou het mooi zijn mochten we elementen van het jeugdwerk kunnen combineren met de expertise die aanwezig is binnen welzijnsorganisaties. En welke winst zou er kunnen ontstaan voor de jongeren, wanneer we de kloof tussen jeugdwerk en welzijn mee kunnen verkleinen? Daarnaast kreeg de visie van “it takes a village to raise a child” in het sociale landschap steeds meer gehoor. Het groeiende belang van mentaal welzijn binnen de maatschappij brengt mensen in beweging en draagt kansen in zich. Dromen ontstonden rond het uitwerken van teams die ruimer bemand zijn, dan enkel door professionele hulpverleners.

Het was voor beide vzw’s van bij het begin duidelijk hoe belangrijk de vorm van de plek zou zijn. We wensten een huiselijke, hartelijke, niet-stigmatiserende omgeving waar ontmoetingen kunnen plaatsvinden en waar de jongeren zich welkom voelen. De groep is hierbij van essentieel belang. Ze vinden (h)erkenning bij elkaar, aanvaarding, ze leren van de anderen en delen een verhaal: het is ok om even niet ok te zijn… Vanuit de veiligheid van een kleinschalig project wilden we jongeren nauw betrekken bij het dagdagelijks gebeuren, elk op hun eigen tempo, om zo tot groei te komen. Het woord ‘Groeiplek’ werd geboren…

Toen we nog verder vooruit droomden, ging het over het uitschalen van deze ‘Groeiplek-methodiek’, met een structurele inbedding in het Vlaamse zorg- en jeugdlandschap. We wilden al van bij het begin dat een groeiplek geen afzonderlijk eilandje is, maar dat het volop deel uitmaakt van de gemeenschap.

Ons verhaal blijft volop in beweging. Vzw Homaar en vzw Vonk vormen ondertussen een personele unie. Na de groeiplekken in Wetteren en Boechout breidde de familie in 2023 uit naar Brussel en Tienen. In de nabije toekomst voorzien we ook een huis in Limburg en West-Vlaanderen. Klaar om nog meer jongeren even ruimte te geven om in hun kracht te gaan staan, klaar voor een nieuw hoofdstuk in de zorg voor jongeren…

2. MISSIE

We willen jongeren tussen 15 en 23 jaar die emotioneel vastlopen, opnieuw laten geloven in hun groeipotentieel. We stellen hun kwaliteiten, kracht en creativiteit terug centraal, zodat ze deze kunnen gebruiken in hun dagelijkse leven. Dit is een ruimere kijk dan enkel focussen op het verminderen van psychische klachten.

Via de passage in een groeiplek hopen we een kantelpunt te installeren in het leven van de jongere. Er wordt ruimte gemaakt om tot rust en op adem te komen, maar tegelijk gaan we actief aan de slag: veerkracht (her)ontdekken en energie vinden om verder te kunnen. We wensen onze gasten toe dat ze de toekomst vitaler tegemoet gaan, om na hun traject opnieuw sterker en positiever een eigen plaats in de maatschappij op te nemen.

We anticiperen op de hierboven omschreven tekorten binnen het jeugdlandschap en houden de vinger aan de pols rond de maatschappelijke noden die de jongeren signaleren. We gaan preventief in op de noden van de jongeren zodat ze sneller de juiste ondersteuning krijgen. We streven ernaar om tijdig in te spelen op de vraag van jongeren met een toegankelijk en laagdrempelig aanbod. Dit realiseren we op verschillende niveaus, bv. het financiële aspect dat geen barrière mag vormen om deel te nemen, de jongere die ons zelf rechtstreeks kan contacteren, de aangeboden activiteiten die aantrekkelijk zijn en afgestemd op hun leeftijd, het huis in de straat zonder link met een ziekenhuis…

In de groeiplekken staat de jongere centraal en werken we ik-versterkend. We ondersteunen hen in hun zoektocht naar autonomie en identiteit. In deze leeftijdsfase gaan ze keuzes maken, steeds minder afhankelijk van de ouders of directe zorgfiguren. Het opnemen van die verantwoordelijkheid is niet altijd evident. We willen hen hierin stimuleren en gaan hierbij voor zorg op maat.

Uiteraard staat de adolescent niet los van zijn context. Belangrijk is om samen op zoek te gaan naar leeftijdsadequate verbinding met de zorgfiguren of het bredere netwerk. We willen ondersteunen bij die afstemming en hen betrekken bij het traject waar nodig.

Ook in de groeiplekken zelf gaat het om connectie. We vertrekken vanuit de groep en gaan aan de slag met de dynamieken die ontstaan. Het doorbreekt eenzaamheid, al is het zoeken naar een passende verhouding tot anderen soms allesbehalve vanzelfsprekend. Het nodigt uit om actiever positie in te nemen en persoonlijke grenzen aan te geven waar nodig. De gasten zijn een spiegel voor elkaars gedrag en nodigen zo uit om daarover te reflecteren.

Doorheen de jaren ontwikkelen we steeds meer deskundigheid in de kruisbestuiving tussen jeugdwerk en welzijn. Deze onderbouwde kennis verder delen is ook een stuk van de relevantie van het project. We willen bijdragen aan het debat over de maatschappelijk shift die nodig is om de passende zorg aan jongeren met kwetsbaarheden te geven. Hierbij denken we aan de visie in de samenleving op mentaal welzijn en preventie, een ontschotting tussen verschillende partijen die met deze doelgroep bezig zijn, financieringsmodellen… Dit willen we combineren met het nog meer verdiepen van relevante samenwerkingsverbanden. We wensen dat elke jongere in Vlaanderen en Brussel toegang kan hebben tot een groeiplek.

Op deze manier werken we mee aan een warme en betrokken maatschappij, waar we jongeren helpen om op een authentieke en constructieve wijze bij te dragen én gedragen te worden binnen de gemeenschap.

3. VISIE

In Homaar en Vonk willen we een vrije ‘experimenteerruimte’ zijn met creatieve expressie, spel, gesprek… en dit vanuit de uitwisseling met de andere mensen in huis. Hierbij kan de jongere stilstaan bij zijn persoonlijke zoektocht. Iedereen heeft recht op zijn verhaal, waarbij we de klemtoon willen leggen op de eigenheid ervan.

We geven onze gasten het vertrouwen om dit proces zelf vorm te geven. Uiteraard ondersteunen we hen daarbij. Jongeren worden binnen Homaar en Vonk warm uitgenodigd om deel te nemen aan het aanbod. We geloven dat het essentieel is om hen zelf de keuze te laten maken over wat gedeeld wordt en op welke manier ze willen meestappen. Dat vraagt ook om het nemen van verantwoordelijkheid. Tijdens het traject kan de jongere even ontkoppelen van de aanhoudende vraag of verwachtingen van school, ouders, familie, vrienden… Dit kan ademruimte en rust brengen. Het biedt de mogelijkheid om meer stil te staan bij hun eigen verlangen: ‘wat wil ik eigenlijk zelf?’. In diezelfde lijn is er verder geen waslijst aan regels, maar we definiëren samen hoe respectvol om te gaan met de ander, onszelf en de plek.

We blijven een plek waar ze naar terug kunnen keren, maar willen hen ook niet langer vasthouden dan nodig. We houden het traject bewust kortdurend. Het proces is uiteraard niet ‘af’, maar we geven een aanzet en tonen vertrouwen om het in handen te nemen. We willen hierbij de context van de jongere op de meest passende manier betrekken.

Bij dit alles speelt de groeiplek zelf een dragende rol. Hoewel elk huis bewust zijn eigenheid heeft, is er zeker een rode draad: huiselijkheid en hartelijkheid. Het is de basis van waaruit we samen krachtgericht aan de slag gaan en inzetten op de veerkracht van onze jongeren. Creativiteit zit verweven doorheen de dagelijkse werking. Ook kleinschaligheid is noodzakelijk om een veilig kader, nabijheid en verbinding te kunnen scheppen. Het maakt ‘ont-moeting’ mogelijk. In kleine groepjes willen we jongeren hun plekje laten innemen, waarbij ze ervaren dat ze ook iets kunnen betekenen voor de ander. Laagdrempeligheid betekent in deze context dat iedereen zich welkom mag voelen.

Als begeleider gaan we binnen dit kader de jongeren stimuleren in het ontwikkelen van hun identiteit. We vertrekken hierbij vanuit een niet-weten, wat de mogelijkheid geeft om iets anders te horen en te zien dan wat we op voorhand soms al invullen. We proberen een oordeel te vermijden en voorbij diagnoses en labels te kijken waar jongeren zich soms al mee identificeren. Zo willen we de kans blijven bieden aan de jongeren om vanuit zichzelf iets te (h)erkennen. Het vraagt alertheid, flexibiliteit om te schakelen al naargelang de noden, voldoende zelfreflectie en deskundigheid van het team. Vrijwilligers zijn onmisbaar in dit geheel en brengen de diversiteit van de maatschappij binnen. Jongeren kunnen zich zo verbinden met andere visies, generaties…

We willen overigens diezelfde openheid weerspiegeld zien op beleidsniveau. Dit gebeurt o.a. door het installeren van een horizontale structuur. Een gezonde afstemming en ruimte voor de eigenheid van elk teamlid en elke groeiplek bepalen op een positieve manier mee de sfeer in huis.

4. METHODIEK

Twee weken durende trajecten.

Voor we van start gaan is er een kennismakingsgesprek waarbij we de vraag van de jongere samen helder proberen krijgen en kijken of onze groeiplek het best passende antwoord is op dit moment. Heel eigen aan de werking van de groeiplekken is het kortdurende maar intensieve aanbod van twee weken. We kiezen weloverwogen voor deze tijdspanne. Dit maakt het een haalbaar engagement voor de jongere. Het geeft de ruimte om even tot rust te komen, maar daarnaast blijft er toch een duidelijk eindpunt dat aanzet om in actie te schieten. Zowel de begeleiders als de gasten zijn zich hiervan bewust, wat het samen aan de slag gaan intensifieert.

Later nog eens een extra traject volgen is mogelijk als de jongere een nieuwe vraag stelt.

Creatieve groepsateliers én aandacht voor het individuele traject.

Het weekprogramma is opgebouwd uit creatieve ateliers. De vaak non-verbale creatieve werkvormen die gebruikt worden geven de jongeren een extra mogelijkheid om zich uit te drukken, op zichzelf te reflecteren, met hun thema’s aan de slag te gaan, talenten te (her)ontdekken, met anderen connectie te maken, plezier te beleven… De kracht van de groep en het peer to peer leren zijn hierbij van een niet te onderschatten waarde en dragen bij tot het therapeutisch effect van het traject.

De locatie zelf, de passies van de teamleden en de input van de jongeren in de groep zorgen telkens voor unieke accenten in het aanbod. Bijvoorbeeld dichter bij de natuur of middenin de stad gevestigd zijn geeft andere mogelijkheden. Er wordt gewerkt via het medium muziek, drama, beeld, dans en beweging, woord… Er zijn ateliers met dieren, rond talenten en behoeften…

Naast het meer non-verbale luik is er ook ruimte voor gesprek. Dit kan in groep gebeuren, maar vaak is er daarnaast ook de behoefte om individueel met de eigen thema’s aan de slag te gaan samen met een begeleider.

In de groeiplekken is er verder nog meer vrije ruimte om het traject af te stemmen op de individuele vragen. Samen koken of koekjes bakken, een gezelschapsspel spelen, de naaimachine uitproberen, in de tuin werken, karaoke, pingpongen… Het ‘gewone’ dagdagelijkse kan goesting aanwakkeren of rust en structuur bieden.

Mogelijke doelstellingen zijn onder andere de ontwikkeling van zelfvertrouwen, communicatieve vaardigheden oefenen, het leren aangeven van grenzen, handvaten vinden om tot rust te komen, opnieuw geactiveerd worden, een dagritme terugvinden… Voor elke jongere ligt dit anders.

Nazorg

Op het eind van elk traject nemen we met de jongere en de door hen gekozen personen uit de context de tijd om terug te blikken: wat gaf energie of net niet, welke handvaten neem ik mee, wat observeerden we… We bekijken samen hoe de jongere zich eventueel kan heroriënteren binnen verschillende levensdomeinen (gezin/omgeving, school, sociaal leven en vrije tijd, psychologische ondersteuning…). Dit is uiteraard een uniek proces, waarin de omgeving ondersteunt en de jongere richting en tempo bepaalt.

We werken hierbij samen met andere organisaties die te maken hebben met mentaal welzijn en/of jeugdwerk om bij te schakelen waar nodig. Het traject in Homaar of Vonk staat dus niet op zichzelf, de nazorg is een essentieel onderdeel van het programma. Zo slaan we op concrete wijze een brug tussen hulpverlening en jeugdwerk, vanuit een sterk geloof in de kracht van een dragend netwerk.

Vakantiewerking en ‘terugkom momenten’

Naast het programma van twee weken is er tijdens de vakantieperiodes een open en gevarieerd aanbod van creatieve ateliers. Alle jongeren tussen 15 en 23 jaar zijn welkom. Voor vele gasten is het een fijn moment om nog eens in huis te zijn en wij kunnen de vinger aan de pols houden. Voor anderen is het een vlotte manier om voor het eerst van de sfeer in de groeiplekken te komen proeven.

Het is een aangename en laagdrempelige vrijetijdsbesteding voor jongeren die misschien anders hun weg (nog) niet vinden naar het jeugdwerk of de reguliere vrijetijdsbesteding. Door de expertise van de begeleiders is er voldoende aandacht voor het mentaal welzijn van de deelnemers. Anders dan bij de trajecten ligt het accent soms wat minder op het therapeutische effect, maar alles vertrekt eveneens vanuit een hartelijke en huislijke sfeer, in de veiligheid van kleine groepjes.

Tijdens de ‘terugkom momenten’ kunnen jongeren uit de voorbije trajecten elkaar en de begeleiders nog eens terugzien, ook andere jongeren ontmoeten, verbinding blijven houden als ze daar nood aan hebben. Het is een extra gelegenheid om als het ware nog even bij te tanken.